Tijdens de netwerkbijeenkomst van 14 oktober jl. bleken er verschillende perspectieven te zijn op wat je wel of niet op een havo-locatie kunt/mag aanbieden in het kader van Tweefasen-leerroute. Het ging daarbij over locaties/scholen met een havo-licentie die, in het kader van Tweefasen-vwo, samenwerken met een locatie/school die een vwo-licentie heeft. Om deze ‘ruis’ van de lijn te halen hebben we geïnformeerd bij Titus Al naar de historie, overlegd met inspectie (via Anne Bergsma) en de verschillende interpretaties en vragen bij elkaar gelegd. Een en ander heeft geleid tot een verder onderzoek bij de inspectie om de regelgeving goed in beeld te krijgen. De uitkomsten hebben we gedeeld met de scholen uit het netwerk waarop dit van toepassing is. Vervolgens is B&T namens het netwerk in gesprek gegaan met OCW.
De scholen van het Tweefasen-netwerk bekijken de ontwikkeling en uitvoering van Tweefasen-vwo (of Tweefasen-havo) in eerste instantie vanuit het perspectief van het bieden van goed onderwijs en het ontwikkelen van kansen om hun leerlingen te begeleiden naar een zo passend mogelijk diploma. Op een thuisnabije locatie en vanuit een kenmerkende missie/visie op onderwijs. Ook het perspectief wat goed is voor de school, de organisatie, het onderwijs in de regio wordt meegenomen en -gewogen. Tegelijkertijd willen de scholen onderwijs bieden binnen de wettelijke regelgeving; de randen mogen worden opgezocht, maar het moet te allen tijde te verantwoorden zijn.
Op die verantwoordingskant ligt op dit moment de focus. Het gaat er daarbij nu niet om of de scholen voldoen aan de normen van een veilige omgeving, goede resultaten en goed onderwijs, maar of er onderwijs wordt gegeven binnen de afgesproken kaders; meer specifiek binnen de licentiebepalingen en voor de examinering waarvoor de leerling is ingeschreven. OCW ziet erop toe dat scholen zich houden aan de wettelijke voorschriften. In dit geval specifiek of scholen binnen de gegeven licenties werken. Officieel toetst DUO dit, na afstemming met OCW. Zij zien erop toe dat scholen geen oneigenlijke aspecten hanteren om onderwijs buiten de eigen licenties te verzorgen.
Dit maakt dat het voor de scholen zonder vwo-licentie duidelijk moet zijn dat je wettelijk geen vwo-onderwijs mag geven. Om de Tweefasen-leerlingen voor te bereiden op een vwo-examen bied je hen ‘verrijkt havo-onderwijs, waarmee zij zich voorbereiden op een (onvertraagd) vwo-examen op de vwo-locatie, na het havo-examen’.
Als school met een havo-licentie werken leerlingen met een gepersonaliseerd PTA (keer het aantal leerlingen dat deelneemt) dat hen een passende route biedt naar hun (verrijkte) havo-examen. Pas als de leerling ingeschreven staat op de vwo-locatie, kunnen zij PTA-onderdelen voor het vwo afronden. Tot die tijd zijn de ‘verrijkte leerstofdelen’ getoetst als overgangstoets of als havo PTA-deel (en houd je administratief bij hoe de toets straks op het vwo gewaardeerd wordt met de vwo-norm).
Bij samenwerking tussen twee scholen van verschillende besturen beschrijf je als school met een havo-licentie in een samenwerkingsovereenkomst met de vwo-school op welke wijze je een en ander regelt voor deze leerlingen. Wij hebben een aangepaste overeenkomst beschikbaar die de werkwijze formuleert binnen de wettelijke kaders.
Als school met een havo-licentie moet je naar ouders en leerlingen toe duidelijk zijn over het niveau dat je met deze leerroute biedt: gericht op het vwo-examen en een voorbereidend verrijkend programma. Mondeling kun je dit eenvoudiger uitleggen; het is niet aan te bevelen om op de website te melden dat je vwo-onderwijs geeft (op een havo-locatie).
De benaming ‘Tweefasen-vwo’ dekt nog steeds de lading; het is immers een samenwerking tussen twee scholen (één met een havo- en één met een vwo-locatie) die gezamenlijk de leerroute mogelijk maken.
Maak de ontwikkeling en resultaten van de leerlingen die de Tweefasen-leerroute (gaan) volgen inzichtelijk met behulp van je leerlingvolgsysteem (OP2 en OR). Het laat zien dat je de bedoeling van deze leerroute volgt en realiseert. Dit is belangrijk: je maakt ontwikkeling transparant en het dwingt jezelf ook om binnen de regelgeving te blijven opereren.
Zie ook de herziene samenwerkingsovereenkomst en de notitie zoals bij OCW is voorgelegd en besproken.